Sommige mensen met coeliakie worden ziek door tarwe-derivaten. Dat zijn afgeleiden van tarwe (officieel heet het 'hydrolysed wheat'). De hoeveelheid gluten hierin is doorgaans heel klein.
In het verleden dacht men dat iedereen met coeliakie het kon verdragen. Maar inmiddels komt men erachter dat dat toch niet zo is (kennelijk zijn er uitzonderingen op de regel...). Bovendien heeft het RIKILT (onderdeel Wageningen UR) aangetoond dat in producten waar tarwederivaten vooraan staan (zoals in snoepjes) een kleine hoeveelheid gluten aantoonbaar is, tussen 3 en 10 ppm. Die producten zijn glutenvrij (want het blijft onder 20 ppm). Maar ze vormen een risico voor de meest gevoelige groep/ voor mensen die niet in de gaten hebben dat ze gluten gaan 'stapelen' /voor mensen die op bepaalde momenten in hun leven gevoeliger zijn voor gluten (bv. net na de diagnose, of juist na verloop van tijd, of na een dieetfout, of bij mensen die klachten houden).
Over tarwe-derivaten doen veel indianenverhalen de rondte. En de terminologie helpt ook niet mee. Want de lijst stoffen die je kunt maken met tarwe(zetmeel) als basis, is best lang, en bestaat niet alleen uit maltodextrine, glucose en dextrose. Deze stoffen zijn meestal afkomstig van tarwe:
- glucose(stroop)
- dextrose
- maltodextrine
- fructose(stroop)
- karamel (kleurstof E150)
- mannitol (zoetstof E421)
- xylitol (zoetstof E967)
- sorbitol (zoetstof E420)
- maltitol (zoetstof E965)
- erythritol (zoetstof E968)
En daarnaast ook deze:
- ascorbinezuur/ vitamine C (antioxydant E300)
- melkzuur (voedingszuur E270)
- mononatriumglutamaat, MSG, natriumglutamaat, ve-tsin (smaakversterker E621)
- natriumascorbaat E301 (antioxydant)
- calciumascorbaat E302 (antioxydant)
- erythorbinezuur E315 (antioxydant)
- natriumerythorbaat, natriumisoascorbaat E316 (antioxydant)
- citroenzuur E330 (voedingszuur)
- caroteen, gemengd caroteen, beta-caroteen, alfa-caroteen, gamma-caroteen, provitamine A E160a (kleurstof met dextrose als draagstof)
- glutaminezuur (E620), glutamaat (E621 t/m E625), glutacid, glutaton, glutaminol (smaakversterkers)
Ik hoop dat het RIKILT ook de volgende stappen gaat zetten, en kijkt welke leveranciers er zijn van tarwederivaten, en hoe zuiver dit is (er kan namelijk meer of minder gluten in zitten, en het kan gemengd worden met maisderivaten) en of bovenstaande lijst nog verder aangevuld kan worden (ik weet bv. niet of de smaakversterkers E630 t/m E637 ook van tarwe gemaakt kunnen worden).
Het RIKILT kan gluten meten vanaf 3 ppm. Hierdoor is gluten alleen boven deze grens aantoonbaar. Mijn zoontje en ik worden ook ziek als de mdg's verder naar achteren op het etiket staan, tussen 0 en 3 ppm dus.
Als je zo'n benaming tegenkomt op het etiket, kan het gemaakt zijn van tarwe, maar ook van iets anders, aardappel, rijst, mais bv. De fabrikant kan je hierover uitsluitsel geven (dat geldt vooral voor het eerste rijtje, bij het tweede rijtje wordt het moeilijker en zal de hoeveelheid gluten ook lager zijn).
Over het algemeen is de prijs bepalend voor de herkomst. Tot 2010/2011 was in ons land glucose van mais goedkoper dan glucose van tarwe (en van glucose kun je weer al die andere stoffen maken). Daarna werd glucose van tarwe goedkoper. Op dit moment is het dus meestal afkomstig van tarwe. In de VS ligt dat overigens anders, daar wordt veel mais verbouwd en dat is daar goedkoper als grondstof.
Hoewel fabrikanten het op het etiket moeten vermelden als een ingredient afkomstig is van tarwe of een ander glutenhoudend graan, is een uitzondering gemaakt voor tarwederivaten: de herkomst van tarwederivaten hoeft NIET op het etiket te staan volgens de huidige wetgeving. In Scandinavische landen zetten veel fabrikanten de herkomst van glucose, dextrose, maltodextrine ed wel op het etiket, zelfs al is het niet verplicht.
Bij producten met tarwederivaten maakt het uit:
- hoe gevoelig ben je (en dat kan in de loop van de tijd weer veranderen)
- hoeveel (gram) zit erin (staat het vooraan bij de ingrediënten, of verder naar achteren)
- hoeveel gluten zit erin (is het gemengd met mais, dan is het glutengehalte lager; het glutengehalte van tarwederivaten -als grondstof- kan oplopen tot 45 ppm, maar afgesproken is dat fabrikanten alleen tarwederivaten leveren aan de levensmiddelenindustrie die minder dan 20 ppm gluten bevatten.)
- hoeveel eet je ervan (3 dropjes of een hele zak)
- wat voor tarwederivaat is het: maltodextrine bevat doorgaans meer gluten dan glucose (na 1 keer hydrolyse van tarwezetmeel ontstaat maltodextrine; na een volgende keer hydrolyse ontstaat glucose; bij elke verwerkingsstap vermindert de hoeveelheid gluten, zie
http://www.livaad.nl/kaart.htm).
Overigens zijn er betere testen in de maak om de hoeveelheid gluten in gehydrolyseerde tarwe beter aan te tonen (zoals in MDG's dus). De huidige testen meten hele gluteneiwitten, en in gehydrolyseerde tarwe zitten juist veel glutendeeltjes die de huidige testen niet goed kunnen meten. Eerst dacht men, we zien ze niet, dus ze zijn er niet. Maar nu komt men erachter dat ze er toch wel zijn, alleen dan in stukjes geknipt, en als je ze in contact brengt met darmvlokken, volgt er nog steeds een auto-immuunreactie (waar sommige mensen ziek van kunnen worden, maar je hoeft het niet altijd te merken). Dus in werkelijkheid kan de hoeveelheid gluten ook wat hoger zijn dan de huidige testen kunnen meten.